Waarom Open Vld lokaal leegbloedt: donkerblauw wil zo snel mogelijk een nieuwe naam en de kartels van ‘lichtblauw’ lijken nu al een fiasco

Redelijk hallucinante cijfers: slechts in 30 gemeenten komt de partijnaam Open Vld nog voor op de kieslijsten, dat is nog amper 10 procent van het geheel. De lokale implosie van de partij is niet verrassend, na belabberde nationale resultaten en een ondermaatse sfeer. “Het is gedaan,” hoor je kopstukken bitter concluderen. Maar bij de analyse van wat misgaat, doorkruist ook nu de breuklijn van ‘donkerblauw’ versus ‘lichtblauw’ de liberale partij. De eersten, die met Eva De Bleeker (Open Vld) ook de interne strijd om het voorzitterschap weer wonnen, willen al langer af van de naam ‘Open Vld’. De Bleeker kondigde dat ook aan. “Wie wil dus nog met die ‘oude naam’ naar buiten komen?” zegt een blauwe bron. Maar tegelijk bouwden de kopstukken uit het lichtblauwe kamp, zoals Bart Tommelein (Open Vld) en Mathias De Clercq (Open Vld), aan lokale kartels. “En zie eens wat die kleurloze toestanden doen in de peilingen? Dat is geen 1 + 1 is 2, maar eerder 1,2. Best puur liberaal blijven,” zo zegt een andere bron. Bovendien: Open Vld straft afdelingen ook niet financieel, als die niet onder de partijnaam opkomen. Zowel cd&v als Vooruit en N-VA doen dat wel.

In het nieuws: Nauwelijks nog lijsten met Open Vld in de naam.

De details: Tegelijk doen de kartels met Open Vld in de naam in Oostende en Gent het ook belabberd. Het lijkt erop alsof 13 oktober de oude discussie van ‘waarheen met Open Vld’ in de partij niet zal beslechten. De afkalving dreigt.

• Hoe ‘sterk’ staan de nationale partijen lokaal? Een analyse van het Agentschap Binnenlands Bestuur, op basis van de lijsten die ingediend zijn voor 13 oktober, komt met vrij spectaculaire resultaten. 

• Zij telden het aantal lijsten, zowel de ‘zuivere’ partijlijsten, als het aantal lijsten in een kartel mét de naam van de partij er nog in.
  Open Vld scoort het zwakst van allemaal: de partij heeft, kartels en unieke lijsten samengeteld, in nog amper 30 Vlaamse gemeenten een vertegenwoordiging van hun merk. Dat is een totale ineenstorting: in 2018 waren er nog 161 soortgelijke lijsten.

• Om dat cijfer even te duiden: zelfs ‘Team Burgemeester’ scoort beter als generieke merknaam: in 35 Vlaamse gemeenten duiken dergelijke kartellijsten op.

• En ook de communisten van Raoul Hedebouw (PVDA) hebben deze keer op 37 plekken een eigen lijst. Al is dat wel een tik voor Hedebouw en co, die duidelijk niet kunnen doorbreken in landelijk Vlaanderen. Ze wilden hun lijsten dit jaar verdubbelen, maar eindigen zelfs nog lager dan in 2018, toen ze 38 lijsten hadden. Een donkerrode golf komt er dus enkel in de steden.

Wat verder opvalt: Ook cd&v stort eigenlijk wel in, als merk.

Subscribe to W16 Plus to read the rest.